Wednesday, July 27, 2011

Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 2

De Chat Qui Pêche (Parijs -1957) Open elke dag, de hele nacht
Dat is toch geen muziek; dat is alleen een bak herrie.(Philly Joe Jones citeert de clubeigenaars)

Hans Koert

In augustus 1957 waren Jimmy Wormworth en zijn American Jazz Quintet uitgenodigd voor een serie optredens in Le Chat Qui Pêche, een jazzkelder in Parijs. In clubs zoals de Saint-Germain gingen ze na afloop van hun optreden, luisteren naar andere jazzmusici, zoals Kenny Clarke, Lucky Thompson en Nico Bunink.
George Braithwaite (= Braith) en twee groupies (foto: Jimmy Wormworth)
Jimmy herinnert Floris (Nico) Bunink, hij zou zich vanaf zijn achttiende gewoon Nico laten noemen, woonde al vanaf 1956 in Parijs en had zijn eigen draai gevond
en in de Parijse jazzscene. Hij speelde in het kwintet van Barney Wilen tot 1958, waarin Al Levitt op slagwerk te horen was. Nico en Al Levitt werden vrienden en je kunt je voorstellen hoe Jimmy Wormworth, Roland Ahby, Sal Amico, Barry Rogers en George Braith, allen leden van de American Jazz Quintet met hun neus in de boter vielen, als ze na afloop van hun optreden bij bijv. Al Levitt, die Jimmy als slagwerker hoog waardeerde, konden gaan luisteren. We never played in the Club St. Germain - we only sat in after we played in the Chat Qui Pêche.(= We hebben nooit in de Saint-Germain gespeeld - we gingen er alleen na afloop van ons optreden in Le Chat Qui Pêche luisteren.) De Club Saint-Germain lag op de linker oever en was De Club in de jaren vijftig waar de grote jazzmannen optraden, zoals Lester Young en Miles Davis (eind 1957). Kenny Clarke schijnt er in 1958 zelfs een tijdje onderdak gevonden te hebben. Jimmy herinnert zich dat hij en Nico het samen goed konden vinden: We became quite close.....very close friends. (= We werden erg dikke vrienden).
George Braith met een Parijse groupy (foto: Jimmy Wormworth)

Nico verliet Europa in 1959 en ging in de VS wonen, waar hij een plekje vond bij de band van Charles Mingus, toen Mingus hem hoorde spelen in Minton's Playhouse. Toen Jimmy later weer terug was in New York zochten ze elkaar vaak op. We hung out in NYC, a lot, whenever he was here!! (= Als hij in New York was, zochten we elkaar vaak op) herinnert Jimmy zich. Nico had ook een broer, gaat Jimmy verder, die een motor had en met hem reed ik dan langs alle hoogtepunten van Parijs. He had a motorcycle, a BMW, I think. (= Hij had een motor, ik geloof een BMW). I remember the motorcycle, because he took me on it, to see the Sacre Coeur cathedral, on the Rive Droite and the Montmartre neighbourhood, Place Pigalle, etc. (= Ik herinner me die motor nog, omdat we daarmee langs de Sacre Coeur, de rechter oever van de Seine en Montmartre, Place Pigalle en zo). Hoewel Jimmy's tweede zoon Nico heet, moet Jimmy nog al eens uitlegggen dat hij hem niet naar Nico Bunink genoemd heeft: Everybody asks me if I named my son after Nico Bunink, but that's not true; it was just another name I suggested to my wife and she liked it. ( = Ik word nog al eens gevraagd of ik mijn zoon naar Nico Bunink genoemd heb, maar dat is niet waar; het was gewoon één van de namen die ik aan mijn vrouw voorstelde en die ze leuk vond).
Een fan, die luisterde naar de naam Jean Plaisir ( foto: Jimmy Wormworth)
De club Le Chat Qui Peche was geopend rond 1955 in de rue de la Huchette in het Quartier Latin, gerund door Madame Ricard, die tijdens de Tweede Wereldoorlog in het Franse Verzet had gezeten. Le Chat was in 1957 een smalle, één ruimte tellende club.
Madame Marie-Thérèse Ricard (rechts) met criticus Maurice Cullaz en twee onbekenden op de beneden verdieping van Le Chat Qui Pêche. (foto: Chenz)(Dank aan Brownie)

I was told that we made her club so successful, because there were many bus tours coming to hear us, that, after us, Madam Ricard hired many famous American jazz musicians, so that she had the funds to add another floor in the club. ( = Ik heb horen vertellen dat ze haar club zo succesvol had gemaakt dankzij busladingen toeristen die hier naar ons kwamen luisteren, zodat Madame Ricard later allerlei beroemde Amerikaanse jazzmusici kon contracteren en er een verdieping op kon laten bouwen). I don't know if that's true, but I think it was the late Al Levitt, who told me that, because he stayed in Paris, after we came back to the USA. (= Of het waar is weet ik niet, maar ik geloof dat Al (Levitt) me dat vertelde, want die bleef, nadat we terug waren naar de VS, hier spelen). Anderen hebben gelijksoortige herinneringen aan Le Chat Qui Pêche. De kelderclub was buitengewoon populair, maar zag er niet uit, herinnert Louis Victor Maily, journalist voor het Parijse Jazz Hot magazine. Open all night every night.( Open elke dag, de hele nacht). Le Chat Qui Pêche is nu een restaurant.
It was a popular place to play for US musicians, where they found a second home, where they could play the kind of music they really liked, there by making lots of new friends in modern jazz, or Hard bop as it came to be know later (= Het was een geliefde plek voor Amerikaanse musici om te spelen, een thuis, waar ze de muziek konden spelen die ze echt leuk vonden, waar ze veel nieuwe vrienden maakten, die net als hen hielden om moderne jazz te spelen, of Hard bop, zoals het later genoemd werd), schrijf Bernie Newman in het boekje bij de Cd van het Donald Byrd Quartet "Au Chat Qui Peche" 1958 ( Fresh Sound FSCD-1028). US musicians liked the appreciative European audience, as was quite different from what they were accustomed to in New York (= Amerikaanse musici hielden van het Europese publiek, dat waardering had voor hun spel, iets dat ze thuis in New York niet gewend waren). Art Taylor, die in 1958 zelf drie maanden in Le Chat Qui Pêche optrad, laat Philly Joe Jones in zijn boek Notes for Notes (een bundel interviews) vertellen, dat the owners of the club didn't really like the music they played; they only wanted to make money ......... (= de eigenaren van de club eigenlijk niks gaven om de muziek die ze speelden, ze wilden alleen geld verdienen). Like the people who run the Chat Qui Pêche, they don't care whether you're playing well or not. (= Neem nu de mensen die Le Chat Qui Pêche leidden; het kon hen niets schelen of je nu goed of slecht speelde.) It's how much money they earn. (= Het ging hen alleen om de verdiensten). They'll accept all the money and be smiling because they're making money, but deep down inside they say: They aren't musicians, it's just a bunch of noise. ( = Ze telden hun inkomsten en stonden dan te lachen naar je omdat ze goed verdiend hadden, maar in werkelijkheid zag je ze denken: Dat is toch geen muziek; dat is alleen een bak herrie). De club bleef open tot 1970 toen Madame Ricard haar vergunning verkocht; tegenwoordig is het een restaurant dat nog steeds dezelfde naam draagt.
Al Levitt en Jean Plaisir - augustus 1957 (Foto: Jimmy Wormworth)
Volgens Jimmy speelden ze de hele maand augustus in Le Chat, wat dus betekent dat ze halverwege terug moesten rijden naar Amsterdam om te spelen in het voorprogramma van het J. J. Johnson concert op de 17de augustus en, waarschijnlijk, de volgende dag weer terug. Feit is dat ze ook weer op tijd bij de Holland Amerika Lijn moesten zijn in Rotterdam voor hun terugtocht naar New York. Ik heb nog geen dienstregeling kunnen vinden, maar wel dat op 2 september 1957 het HAL-schip De Zuiderkruis naar New York afvoer, waar het op de 21ste September aankwam. Feit is, herinnert Jimmy zich, that I had my 19th birthday celebrated in Le Chat Qui Peche (14th of August) ( = dat ik de 14de mijn negentiende verjaardag vierde in de Chat Qui Pêche.) Al Levitt got me very drunk for the 1st time in my life, and I was so sick that I couldn't play at Le Chat, that night! (= Al Levitt voerde me toen voor het eerst van mijn leven zo dronken, dat ik die avond niet meer kon spelen in Le Chat!!)
Bedankt Jimmy en Faith voor al jullie informatie!
Hans Koert
keepswinging@live.nl

Le Chat Qui Pêche was één van die clubs in het Parijs van de jaren vijftig, waar Amerikaanse jazzmusici zich thuis voelden - waar ze hun muziek konden spelen. Madame Ricard leidde de club en gaf de musici daarvoor alle ruimte. De musici voelden zich hier gewaardeerd door het Parijse publiek; iets dat ze in New York misten. Jimmy Wormworth en zijn American Jazz Quitet (+ één) traden hier in augustus 1957 op en ontmoetten er o.a. Nico Bunink, de Nederlandse pianist, die in Amerika weliswaar een glansrijke carriere maakte in bands als die van Charles Mingus, Zoot Sims en Stan Getz, om er een paar te noemen, maar terug in Nederland hiervoor weinig erkenning kreeg. De Keep Swinging blog publiceert de herinneringen van Jimmy Wormworth uit deze periode. Als je niets wilt missen volg haar dan via Twitter (#keepswinging) of vraag haar gratis Nederlandse- of Engelstalige nieuwsbrief ( of allebei). Vraag ernaar: keepswinging@live.nl

Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Friends of the Keep Swinging blog Keep Swinging Contributions




(English links) Jimmy Wormworth: The 1956 Student Cruise Program stay in Holland - Jimmy Wormworth: The 1957 American Jazz Quintet in Holland - Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)- part one Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)-part two The American Jazz Sextet: The 1957 J. J. Johnson concert
Nederlandse link: Jimmy Wormworth: Het Studenten Cruiseprogramma en zijn verblijf in Nederland (1956) - Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Nederland (1957) - Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 1 Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 2 Het American Jazz Sextet opent J.J.Johnson concert.


Labels: , , ,

Tuesday, July 26, 2011

Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957) - deel 1

Ik zal mijn hele leven niet vergeten, dat Klook zei dat ik goed speelde: "Yeahhh, kid, you were playing great!!" (Jimmy Wormworth over zijn ontmoeting met Kenny Clarke)
Hans Koert

Dankzij de onlangs uitgebrachte opnamen van het J.J. Johnson concert in het Concertgebouw, augustus 1957, kwam ik in contact met Jimmy Wormworth, die de leider was van het American Jazz Sextet, dat voor het optreden van J.J. Johnson het publiek mocht bezighouden. Wat ooit begon als een korte blog over dit bandje in het voorprogramma is dankzij de herinneringen van Jimmy uitgegroeid tot een uitgebreide terugblik op zijn bezoek aan Nederland in 1956 en 1957. Van zijn eerste bezoek in 1956 met The Catatonic Five van Donn Andre, die zelf ook herinneringen ophaalde; de tournee met o.a. Zwarte Riek in de zomer van 1957 en zijn optreden tijdens de Nijmeegse Vierdaagse zijn we nu aanbeland bij een serie optredens in Parijs in Le Chat Qui Pêche, voorafgaand aan het Concertgebouwoptreden.
De gehuurde EMW, waarschijnlijk vastgelegd in Den Haag (Simon de Wit): Bij de auto: Roland Ashby en Sal Amico (foto: Jimmy Wormworth)
Tijdens de theatertour met o.a.
Zwarte Riek in de zomer van 1957 was The American Jazz Quintet uitgebreid met de Nederlandse bassist Mike Fels (eigenlijk Thijs Chanowski)). Mijn stiefvader was Jan Fels en ik heb in mijn Apeldoornse tijd ook zijn naam aangenomen, legde Thijs me uit. Chanowski is mijn eigen naam die door Ger Lugtenburg van de AVRO weer te voorschijn is gehaald, toen ik daar ging werken als producer / regisseur. Dankzij het feit dat Thijs Lou van Rees kende, kreeg The American Jazz Sextet de kans op te treden in het voorprogramma van het J. J. Johnson Quintet op 17 augustus 1957. Maar eerst moesten ze nog optreden in Parijs.
Barry Rogers, de trombonist van het American Jazz Quintet met Jean, een fan, a hanger-on in Paris when we worked at the Chat Qui Peche (uitspraak: Jimmy Wormworth) foto: Jimmy Wormworth)
Na hun laatste optreden met Joop de Knegt en Zwarte Riek in de Rivierahal in Blijdorp in Rotterdam, reisden ze naar Parijs waar ze uitgenodigd waren om de hele maand augustus op te treden in de Le Chat Qui Pêche. Ze hadden in Den Haag van een dealer een auto gehuurd, toen ze eind juni in Nederland aankwamen, om hier gemakkelijker te kunnen reizen. We had our own rented car, an EMW, which we purchased from a car dealership in The Hague, when we 1st arrived in Holland. (= We hadden onze eigen gehuurde auto, een EMW, die we van een garage in Den Haag geleend hadden, toen we eind juni in Nederland aankwamen.) Het merk EMW, voluit Eisenacher Motoren Werk, kennen we nu niet meer, maar werd toentertijd in de door Rusland bezette zone van Duitsland gebouwd, het latere Oost-Duitsland en later ging diezelfde fabriek de bekendere Wartburg bouwen. I think that they cheated us, because the car was always breaking down, and we had to pay all the repairs. (= Ik vermoed dat ze ons een kat in de zak geleverd hadden, want we hadden steeds pech met de auto en de reparaties kostten ons handenvol geld. )
George Braithwaite (= Braith),een I'm with the band girl, een groupie en trompettist Sal Amico (Parijs augustus 1957) ( foto: Jimmy Wormworth)
Het American Jazz Quintet was uitgenodigd door de Amerikaanse slagwerker Al Levitt. Jimmy had hem ontmoet in de Vliegende Hollander in Scheveningen, de club van Pia Beck, waar hij, samen met de Canadese bassist Lloyd Thompson
in de zomer van 1956 optrad. (He) got me some work for August in Paris at the club which eventually became famous, the name of which was Le Chat Qui Peche. (= Hij zorgde ervoor dat we In Paris konden optreden in een club getiteld Le Chat Qui Pêche, een club die later beroemd werd.) Jimmy had voor zijn kwintet een bassist nodig en nodigde de Fransman Michel Gaudry uit om zijn groep te complementeren. Michel Gaudry, geboren in September 1928 in Eu (Frankrijk) had bas gestudeerd aan het Conservatorium van Lausanne in Zwitserland en was net teurg in Parijs ....... Hij groeide daar uit tot een veelgevraagd begeleider en speelde o.a. met Art Simmons, Billy Holiday en Carmen McRae, die in 1957 Parijs aandeden. Michel, die nu in de tachtig moet zijn, lijkt nog steeds actief en kan terugkijken op een mooie carrière, die hem op het podium bracht met grote namen als Bud Powell, Stephane Grappelli, Sonny Criss, Barney Kessel tot Sam Woodyard en Lionel Hampton toe, om er een paar te noemen.
Billie Holiday op tournee in Frankrijk (november1958) met Mal Waldron (piano), een onbekende bassist en Michel Gaudry op bas ( bron: songbook1.wordpress.com)

Jimmy herinnert zich dat ze Lucky Thompson hebben zien optreden. Deze Amerikaanse saxofonist, die in 1956 als leider heel wat opnamen gemaakt had in Parijs, teruggekeerd was naar de VS, maar in 1957 weer opgedoken in Parijs, woonde tot 1962 in de Franse hoofdstad, omdat hij zich daar beter gewaardeerd voelde als mens (discriminatie) en als jazzmuzikant. Lucky Thompson maakte opnamen met Martial Solal en Sammy Price en, in september 1957, met de Amerikaanse slagwerker Kenny Clarke. In de tussentijd speelde Lucky Thompson in clubs als Saint-Germain en Jimmy herinnert zich dat daar ook de Nederlandse pianist Nico Bunink meespeelde in de plaats van Martial Solal, die normaal gesproken in Lucky's kwartet piano speelde. Nog een kiekje uit Parijs: Jean Plaisir and Roland Ashby (foto: Jimmy Wormworth).
De bassist herinnert Jimmy zich niet. It was not Pierre Michelot, I think that the bassist was another guy named Pierre; Pierre Fol, maybe? (= Het was in ieder geval niet Pierre Michelot, volgens mij was het iemand anders, ook Pierre geheten: Pierre Fol misschien?). I really cannot remember. ( Ik weet het echt niet meer). Jimmy koestert goede herinneringen aan Kenny Clarke, die toen slagwerk speelde bij de grote Franse saxofonist Barney Wilen: Klook was the drummer; it was his gig and he was there. (= Klook (bijnaam voor Kenny Clarke) was de slagwerker - het was zijn optreden en hij was er wel.). He was not on holidays! (= Hij was niet op vakantie). I think Al said that Barney (Barney Wilen) was on summer holiday, like so many people in Paris in the summer.(= Volgens mij zei Al dat Barney (Barney Wilen) op vakantie was, zoals zoveel Parijzenaren in de zomer). But, I’m not very sure of that. So many of those people have died! (= Maar ik weet het niet meer zo precies - er zijn al zoveel mensen dood uit die tijd). I know that one night, after we sat in with Lucky (Lucky Thompson) and Nico (Nico Bunink) (at the Chat Qui Peche), we played "I Remember April". (= Ik herinner me nog één avond, waarbij we I Remember April gespeeld hadden, samen met Lucky Thompson en Nico Bunink in de Chat Qui Pêche). After we got off the bandstand, Klook said to come over to him and he was laughin' and he gave me a kiss on the cheek, because he liked how I played that!! (= Toen we van het podium kwamen riep Klook dat ik moest komen en hij lachte naar me en gaf me een zoen op m'n wang, omdat hij genoten had van hoe ik dat gespeeld had.). He said something to me, like, "Yeahhh, kid, you were playing great!!" (= Hij zei zoiets als: Yeahh, jongen - dat heb je prima gedaan'). I will remember that, for the rest of my life! (= Ik zal dit mijn hele leven niet meer vergeten). Kenny Clarke told me that I was "playing great"!! (= dat Kenny Clarke tegen me zei dat ik goed speelde).






(wordt vervolgd)Hans Koert
keepswinging@live.nl

Jimmy Wormworth had Al Levitt, de slagwerker uit New York, ontmoet in de zomer van 1956, toen hij bij Pia Beck speelde in De Vliegende Hollander in Scheveningen. Toen Jimmy een jaar later naar ons land terugkeerde, zorgde Al ervoor dat hij met zijn groep een maand kon spelen in de Le Chat Qui Pêche Club in Parijs, augustus 1957. Jimmy Wormworth, nu in de zeventig, herinnert zich die inspirerende Parijse jazzscene, waar hij grote voorbeelden als slagwerker Kenny Clarke ontmoette. De Keep Swingingblog houdt van het ophalen van dit soort herinneringen, omdat het helpt de geschiedenis van de jazz beter te begrijpen. Als je dat niet wilt missen, volg dan de Keep Swingingblog via Twitter (#keepswinging) of vraag de gratis nieuwsbrief ( keepswinging@live.nl). Er is een Nederlandse- en een Engelstalige versie - ik hoor wel welke je wilt (of allebei

Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Friends of the Keep Swinging blog Keep Swinging Contributions



(English links) Jimmy Wormworth: The 1956 Student Cruise Program stay in Holland - Jimmy Wormworth: The 1957 American Jazz Quintet in Holland - Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)- part one Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)-part two The American Jazz Sextet: The 1957 J. J. Johnson concert
Nederlandse link: Jimmy Wormworth: Het Studenten Cruiseprogramma en zijn verblijf in Nederland (1956) - Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Nederland (1957) - Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 1 Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 2 Het American Jazz Sextet opent J.J.Johnson concert.


Labels: , , , , , , , ,

Monday, July 25, 2011

The New Organolians on a Service Library ENSA Disc

Overseas Recording Broadcasting Service entertained British troups during the war.
Every Night Something Awful
Hans Koert

The New Organolians on a Service Library ENSA Disc (English) De New Organolians op een Engelse "V-Disc" uit de Tweede Wereldoorlog (Nederlands)

I love to nose about at junk shops and jumble sales and a month ago we had such a local fair in our village in the southwest part of The Netherlands. In a pile of old 78rpm recordings, most rubbish, I found one that attracted my attention - an lp-sized record with a yellow-white Service Library label.
2460. Roses from the South by the New Organolians. Released as Services Library 2.E.N. 9418. / M.K. 4961 ca. 1944 ( Hans Koert collection)
These 78rpm records were produced by the Overseas Recorded Broadcasting Service of the Navy, Army and Air Force and recorded for ENSA. On the label also the words Not For Sale.
I payed one euro for it - I hope the British forces will turn a blind eye to that..........

2461. Mother's Silver Wedding Day // 2462. Minor Mood Released as Services Library 2.E.N. 9419. / M.K. 4961 ca. 1944 (Hans Koert collection)
I found out that ENSA stands for: Entertainments National Service Association, an organization founded in 1938-1939 to provide entertainment for the British and allied armed forces and war workers during the Second World War. During the war it provided all types of entertainment, from full-length plays and symphony orchestras to concert parties and solo instrumentalists, not only in the camps, factories, and hostels of Great Britain but on all war fronts, from the Mediterranean to India and from Africa to The Faeroes, I found at the internet
(source: answers.com/ )
I read too that the soldiers, who were entertained by the ENSA, sometimes translated the acronym ENSA as Every Night Something Awful.
Most of the records, released by the ENSA were to provide recorded entertainment to the forces stationed in Britain and and the war fronts during the Second World War, like the V-Disc in the US Army. Most of the records were 15 up to 30 minutes radio shows, but there were also studio recordings, like mine. My record contains three tunes by a group featuring an organ. I found out that the New Organolians were directed by Sgt. Jimmy Leach.

Jimmy Leach (1905-1975) ( source: turnipnet.com/)
Jimmy Leach started, aged 21, to play professional as a pianist and organist with Henry Hall. He became a celebrated composer in England of mostly light music pieces. In 1939, aged 34 years old, he joined the British army, like so many young men did in those days and founded, together with Hammond organist Harry Farmer, a group called Organola, later the Organolists and featured four, somethimes five members who played Hammond organ, piano, bass, drums and guitar, but sometimes also violin and clarinet. During the war they changed its name in the New Organolians. Jimmy Leach and his bands became popular until the late 1960s, in British radio programs like Music While You Work, which started in June 1940 and lasted until the 1960s. ( source: turnipnet.com/)

Jimmy Leach and one of his bands ( source: turnipnet.com/)

The music on the record is light organ music and not really my piece of cake, although Minor Mood entertains me better as it has a great violin player. Can someone inform me who plays the violin on that track?
I found out that these 78rpm records seem to be rather rare and on the intenet I found only three more records by this (New) Organolians released by the Service Library:
1547 & 1548 2EN-7630-1 Sgt Jimmy Leach and his Organolians:
Shoemaker's Holiday // If I Had My Way (vocal: Leslie Douglas ?)
1549 & 1550 2EN-7631-1 Sgt Jimmy Leach and his Organolians Remember
How Deep Is The Ocean? (vocal: Leslie Douglas ?)
1727 & 1728 2EN-7999-1 The New Organolians directed by Sgt Jimmy Leach ? (waltz)
It Can't Be Wrong (vocal: Gerry Fitzgerald) // Victory Polka MK 4143 (vocal: Gerry Fitzgerald)
1735 & 1736 2EN-8003-1 The New Organolians directed by Sgt Jimmy Leach
The River Of The Roses (vocal: Gerry Fitzgerald ?) // Steamboat Rag (That's A Plenty)
1737 & 1738 2EN-8004-1 Bottle Party / Commando Patrol
The catalogue numbers for these are 3964 and 4143 and 4145, so I guess mine (4961) must be from the end of the Second World War ca. 1944 ( Source: mgthomas.co.uk)

I hope someone can give me some more info about these rare British "V-discs"
Hans Koert
keepswinging@live.nl
Twitter: #keepswinging

I' m not a real 78rpm collector, but fascinated by special or rare seen record labels. This 78rpm record, LP-sized, by the New Organolians, released by the Overseas Recorded Broadcasting Service fascinated me and I found out that it was similiar to the better known V-Dusc, released by the US Army during the Second World War. Keep Swinging loves to point you to this kind of rare seen records. If you don't want to miss any contribution, follow the blog at Twitter: #keepswinging or ask for its free newsletter; keepswinging@live.nl - Two versions are published; a Dutch and an English ones - tell me which ones you like (or both of course.

Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Friends of the Keep Swinging blog Keep Swinging Contributions



Labels: , , , ,

Sunday, July 24, 2011

Hugues Panassié ( 1912-1964)

PANASSIÉ had, zoals hij dat omschreef, de mooiste muziek van de wereld ontdekt en schreef daar over in superlatieven en met hoorngeschal. ( Whitney Balliett in Panassié, Delaunay et Cie) ( in vertaling) Balliett)
Georg Lankester

Hot Club de France – the first jazz organization in the world - part 1 Hot Club de France – the first jazz organization in the world - part 2 Charles Delaunay (1911-1988) Hugues Panassié (1912-1964)
(Nederlandse linken): Hot Club de France: De eerste Jazzorganisatie ter wereld - deel 1 - Hot Club de France: De eerste Jazzorganisatie ter wereld - deel 2 - Charles Delaunay (1911-1988)
Hugues Panassié (1912-1964)

Ik zie niet in waarom we een Fransman hierheen moeten laten komen om ons te vertellen hoe we Amerikaanse muziek moeten spelen - Ik ga toch ook niet naar Frankrijk om hen te vertellen hoe ze druiven moeten persen. (Eddie Condon over het bezoek van Hugues Panassié aan de VS t.b.v. Swing opnamen) (bron: Panassié, Delaunay et Cie - Whitney Balliett)
De eerste jaren
Deze Fransman, die een zeer belangrijke rol heeft gespeeld voor de jazzwereld wordt op 27 februari 1912 in Parijs geboren. Er is helaas niet veel bekend over zijn jeugd, maar hij zou spoedig van zich doen spreken. Hugues ontdekt rond zijn twintigste jaar de jazz, verdiept zich erin en was één van de eersten in Europa die erover gaat publiceren. In 1934 verschijnt, in samenwerking met Charles Delaunay, het blad Le Jazz Hot. Dit jazz-magazine is de eerste tien jaar dé autoriteit op jazzgebied in de wereld en blijft ook lang daarna beslist invloedrijk.
Le Hot Jazz - het tijdschrift - Revue Internationale de la Musique de Jazz ( september-oktober 1937) ( Georg Lankester archief)
Panassié heeft kort daarvóór, namelijk in 1932, met Pierre Nourry en enkele anderen de Hot Club de France opgericht waarvan hij voorzitter wordt. Het is deze belangrijke organisatie die de grote Amerikaanse musici naar Frankrijk haalt en ervoor zorgt dat het snarenkwintet van Django Reinhardt en Stéphane Grappelli tot huisorkest wordt uitgeroepen. Onder zijn leiding worden er talrijke concerten georganiseerd en verscheidene publikaties van hem uitgebracht. Met name in 1937, als de wereldtentoonstelling in Parijs plaatsvindt, brengen de Hot Club de France bestuurders unieke opnamen tot stand waarbij Amerikanen als Louis Armstrong, Coleman Hawkins, Benny Carter, Eddie South, Bill Coleman en vele anderen met de top-Fransen van die tijd musiceren. Belangrijk voor de promotie van jazz in Europa !
Hugues Panassié: vroege foto uit 1928 op altsax (bron: Stéphane Grappelli - with and without Django)(Patrice Panasié Collection)
In datzelfde jaar – het Hot Club du France Quintette is echt doorgebroken en wekt alom bewondering bij muziekliefhebbers – assisteert Panassié zijn collega Delaunay in het project van laatstgenoemde, namelijk het lanceren van het platenlabel Swing, uitsluitend bedoeld voor jazzmuziek. Een unieke stap in de platenwereld, nooit eerder gezet.
Publiciteit
Het is de grote verdienste van Panassié dat door zijn stijl van schrijven, kennis van zaken en passie de jazz onder een breder publiek bekendheid krijgt. Velen worden door hem geënthousiasmeerd en zo ontstaan er nu jazzfans, een fenomeen dat voorheen in Europa onbekend is.
Guide to Jazz (1956) van Hugues Panassie en Madeleine Gautier ( vertaald door Desmond Flower met inleiding van Louis Armstrong.)
Enige tijd later heeft hij de supervisie bij de Swing-opnamen in New York met sterren als Sydney Bechet, Tommy Ladnier en Mezz Mezzrow die de New Orleans Revival inluiden. Hugues houdt zich sterk bezig met de traditionele jazz (en dan in het bijzonder de New Orleans stijl) en staat, in tegenstelling tot Delaunay, weinig open voor de nieuwe, naoorlogse stromingen. Het komt in 1947 dan ook tot een scheiding tussen beide bestuurders als de bebop zijn intrede doet. Panassié erkent deze stijl niet als jazzvorm en de heren gaan ieder hun weegs. Toch is er ontegenzeggelijk in de periode van hun samenwerking veel tot stand gebracht.
Hugues Panassié ( bron: jazzclubbahiablanca.com.ar )
Alleen verder
Nog steeds voorzitter van de Hot Club de France geeft hij vervolgens het Bulletin Hot Club de France uit, waarvan hij zelf redacteur is. Tot zijn dood verdedigt hij met zijn artikelen de traditionele jazzmuziek zodat je hem kunt beschouwen als één van de belangrijkste apostelen daarvan. Naast een groot aantal publikaties zorgde hij ook voor radio-uitzendingen die door een vrij groot publiek werden beluisterd. En als je de diverse jazzboeken erop naslaat, zul je de naam Hugues Panassié dan ook regelmatig aantreffen; veel schrijvers halen uitspraken van hem over (traditionele) jazzmusici aan, met name wat de vooroorlogse periode betreft.
Hugues Panassié met gitarist Tiny Grimes ( foto: William P. Gottlieb)
Op 8 december 1974 overlijdt Panassié in de plaats Montauban. Hij laat een enorme erfenis aan publikaties en historische opnamen na. Zijn naam zal altijd verbonden blijven aan de Hot Club de France waarvan hij sinds de oprichting president is geweest. Mede door zijn initiatieven is de faam van het Hot Club du France Quintette uitgegroeid en wordt hun muziek zelfs als een stijl betiteld.

Milt Buckner, Hugues Panassié en Jo Jones ( bron: jazzdocumentation.ch)
Overzicht van zijn werk
‘Le Jazz Hot’ – Correa, 1934
‘La musique de jazz et le swing’- Correa, 1943
‘Les rois du jazz’- Grasset, 1944
‘Douze années de jazz’- Correa, 1946
‘La véritable musique de jazz’- Robert Laffont, 1946-52
‘Histoire du vrai jazz’- Robert Laffont, 1959
‘La bataille du jazz’- Albin Michel, 1965
‘Dictionnaire du jazz’ (en collaboration avec Gautier & Michel, 1971
Georg Lankester
keepswinging@live.nl

Hugues Panassié was één van de eersten die op 22-jarige leeftijd in 1934 een boek uitgebracht over Jazzmuziek, getiteld Le Jazz Hot en daarmee de jazz op de kaart zette in Europa in het algemeen en Frankrijk in het bijzonder. Hij was één van de drijvende krachten achter de Hot Club de France, samen met Charles Delaunay, die andere Franse jazzcriticus en -promotor. Georg Lankester schreef een korte biografie over Hugues Panassié als onderdeel van zijn tweeluik over De Hot Club de France: De eerste Jazzorganisatie ter wereld. Keep Swinging duikt graag in dit soort verhalen en geeft gast-redacteuren de kans hun passie te delen. Als je niets wilt missen, volg dan de Keep Swinging blog via Twitter ( #keepswinging) of vraag de gratis nieuwsbrief: keepswinging@live.nl

Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Friends of the Keep Swinging blog Keep Swinging Contributions




Labels: ,

Saturday, July 23, 2011

Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)-part two

Le Chat Qui Pêche (Paris)(1957) - Open all night - every night.
They aren't musicians, it's just a bunch of noise (Philly Joe Jones quotes the club owners).
Hans Koert

In August 1957 Jimmy Wormworth and his American Jazz Quintet were invited to perform at Le Chat Qui Pêche, a jazz cellar in Paris. They loved to sit in, in clubs like Saint-Germain to listen to other jazz men, like Kenny Clarke, Lucky Thompson and Nico Bunink.

George Braithwaite ( = Braith) and two so-called groupies (photo courtesy: Jimmy Wormworth)
Jimmy remembers the Dutch piano player Floris (Nico) Bunink, he named
himself Nico since his 18th birthday, who lived in Paris since 1956 and who had found his own place inside the French jazz scene. He played in the Quintet of Barney Wilen up to 1958, in which Al Levitt played the drums. Nico and Al Levitt became friends and you can imagine how Jimmy and his friends were in luck to be able to meet those great jazz men in clubs like the Chat Qui Pêche and the Club Saint-Germain. We never played in the Club Saint-Germain - we only sat in after we played in the Chat Qui Peche, Jimmy told me. The Club Saint-Germain was on the left bank and during the 1950s great US musicians played in the club, like Lester Young and Miles Davis (late 1957) and Kenny Clarke even lived there for some times around 1958. Jimmy remembers that he and Nico became good friends. We became quite close.....very close friends.

George Braith with a Parisian groupy (photo courtesy: Jimmy Wormworth)
Nico left Europe for the States in 1959, where he became for a short time, a member of the Charles Mingus band, when Mingus heard him playing at Minton's Playhouse. When Jimmy had returned from his European trip they would look out for each other. We hung out in NYC, a lot, whenever he was here!! Jimmy remembers that Nico's brother, he doesn't remembers his name anymore, had a motorcycle and toured with him along all highlight of Paris: He had a motorcycle, a BMW, I think. I remember the motorcycle, because he took me on it, to see the Sacre Coeur Cathedral, on the Rive Droite ( the right bank of the river Seine) and the Montmartre neighbourhood, Place Pigalle, etc. Although Jimmy's second son was named Nico, Jimmy loves to refute that he wanted to honour Nico Bunink: Everybody asks me if I named my son after Nico Bunink, but that's not true; it was just another name I suggested to my wife and she liked it.

A fan whose name sounded like Jean Plaisir ( photo courtesy: Jimmy Wormworth)
The Le Chat Qui Pêche was founded around 1955 in the Rue de la Huchette in the Latin Quarter; the cellar nightclub was run by a woman named Madame Ricard, who had worked in the French Resistance during the war. The Chat was just a small, one-floor club at that time and not yet as famous at it would become later.
Madame Marie-Thérèse Ricard (right) with critic Maurice Cullaz and two unknown at the groudfloor of Le Chat Qui Pêche. (photo courtesy: Chenz)(Thanks to Brownie)

I was told that we made her club so successful, because there were many bus tours coming to hear us, that, after us, Madame Ricard hired many famous American jazz musicians, so that she had the funds to add another floor in the club. Jimmy continues: I don't know if that's true, but I think it was the late Al Levitt, who told me that, because he stayed in Paris, after we came back to the USA. Others have similar recollections about Le Chat Qui Pêche. The cellar club was extremely popular but “terrible looking”, remembers Louis Victor Maily, a writer for Paris’s Jazz Hot magazine. Open all night every night.
Le Chat Qui Pêche is now a restaurant.
It was a popular place to play for US musicians where they found a second home, where they could play the kind of music they really liked, there by making lots of new friends in modern jazz, or Hard bop as it came to be know later, Bernie Newman writes in the liner notes of Donald Byrd Quartet "Au Chat qui Peche" 1958 ( Fresh sound FSCD-1028). US musicians liked the appreciative European audience, as it was quite different from what they were accustomed to in New York. Referring to Philly Joe Jones in Notes For Notes, the book with interviews by Art Taylor, who played in 1958 for three month in the Chat Qui Pêche, the owners of the club didn't really like the music they played; they only wanted to make money ......... Like the people who run the Chat Qui Peche, they don't care whether you're playing well or not. It's how much money they earn. They'll accept all the money and be smiling because they're making money, but deep down inside they say: They aren't musicians, it's just a bunch of noise. The club lasted up to 1970 when Madame Ricard sold her license; today it seems to be a restaurant with the same name.

Al Levitt and Jean Plaisir - August 1957 (Photo courtesy: Jimmy Wormworth)
Jimmy says to remember that the played the whole month of August in Le Chat, which means that they had to leave for Amsterdam to be at the J. J. Johnson concert at the 17th of August and returned, possible the next day, to Paris. Fact is that they had to be back in time to embark at the HAL Line ship to New York which left from Rotterdam. I haven't found the cruise schedules for that year, but I found out that the HAL ship De Zuiderkruis left Rotterdam on the 2nd of September, 1957 and arrived in New York City on the 21st. Fact is, Jimmy remembers, that I had my 19th birthday celebrated in Le Chat Qui Pêche (14th of August): Al Levitt got me very drunk for the 1st time in my life, and I was so sick that I couldn't play at the Chat, that night!
Hans Koert
keepswinging@live.nl

In a later blog I hope to inform you about the American Jazz Sextet concert as the opener of the Amsterdam J. J. Johnson concert (August 1957)
Thanks to Jimmy and Faith for their recollections.
Le Chat Qui Pêche was one of those numerous 1950s Parisian venues were jazz men could play. Madame Ricard ruled the cellar club and gave the musicans elbow-room. The US musicians liked to play there; the audience was quite different from what they were accustomed to in New York. Jimmy Wormworth and the his American Jazz Quitet (+ one) performed there during the month of August 1957 and met great musicians like Nico Bunink, the Dutch piano player that would make a career in the US playing with Charles Mingus, Zoot Sims and Stan Getz, to list some, but stayed fully underrated in his homeland. The Keep Swinging blog shares Jimmy Wormworth's recollection of this period and if you don't want to miss any contribution, follow it at Twitter (#keepswinging) or ask for its free newsletter. (keepswinging@live.nl)

Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Friends of the Keep Swinging blog Keep Swinging Contributions



(English links) Jimmy Wormworth: The 1956 Student Cruise Program stay in Holland - Jimmy Wormworth: The 1957 American Jazz Quintet in Holland - Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)- part one Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)-part two The American Jazz Sextet: The 1957 J. J. Johnson concert
Nederlandse link: Jimmy Wormworth: Het Studenten Cruiseprogramma en zijn verblijf in Nederland (1956) - Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Nederland (1957) - Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 1 Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 2 Het American Jazz Sextet opent J.J.Johnson concert.


Labels: , , ,

Friday, July 22, 2011

Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)-part one

August 1957: The American Jazz Quintet in Paris.
Yeahhh, kid, you were playing great!! (Kenny Clarke)
Hans Koert
( Thanks to the recently released 1957 J.J. Johnson Quintet album What's New I came into contact with Jimmy Wormworth who was the leader of the American Jazz Sextet, which was scheduled to play the first set during that concert (17th of August,1957). Jimmy loved to share his remembrances about this concert and started to inform me about his first trip to Holland in 1956 as part of a Student Cruise Program of the Holland America Line which offered young music students a cheap opportunity to visit Europe while performing during the boat trip. Donn Andre, who was the leader of the Catatonic Five shared his remembrances of this period in: Donn Andre: The 1956 Dutch Catatonic Five Tour in a previous blog.
The rented EMW, probably in The Hague: In front: Roland Ashby and Sal Amico . (photo courtesy: Jimmy Wormworth)
During he summer of 1957 the American Jazz Quintet ( + Dutch bass player Mike Fels (aka Thijs Chanowski)) toured with a kind of variety show, featuring artists like
Zwarte Riek and Joop De Knegt, two Dutch popular vocalists, not related to jazz music at all. Mijn stiefvader was Jan Fels en ik heb in mijn Apeldoornse tijd ook zijn naam aangenomen.( = My stepfather was Jan Fels and when I lived in Apeldoorn I used his family name ) Thijs explained his pseudonym Mike Fels. Chanowski is mijn eigen naam die door Ger Lugtenburg van de AVRO weer te voorschijn is gehaald toen ik daar ging werken als producer / regiseur. (= Chanowksi is my real name, which was used again by Ger Lugtenburg of the AVRO-network again, when I started there as a producer). Thanks to Thijs, Lou Van Rees, the great Dutch jazz producer, invited the American Jazz Quintet (+ one) to play as the opener of the J.J.Johnson concert at the Concertgebouw in Amsterdam, the 17th of august, 1957, but first they had a gig in Paris.
Barry Rogers, the trombone player of the American All Stars with Jean, who was a fan, a hanger-on in Paris when we worked at the Chat Qui Peche (quote: Jimmy Wormworth) (photo courtesy: Jimmy Wormworth)
During the two weeks preceding the Concertgebouw concert Jimmy Wormworth and his men travelled to Paris where they were invited to play at the famous Le Chat Qui Pêche club. The members of the band were: Jimmy Wormworth drummer and leader, Roland Ashby piano player, Sal Amico trumpet, Barry Rogers trombone and George Braithwaite (= George Braith) alto saxophone. Jimmy Wormworth had rented a car when they arrived in Holland late June 1957 to travel more easily. We had our own rented car, an EMW, which we purchased from a car dealership in The Hague, when we 1st arrived in Holland. The EMW's, full named Eisenacher Motoren Werk, were build in the Soviet occupation zone of Germany, later called East Germany; later the factory built the better known Wartburg motor car. I think that they cheated us, because the car was always breaking down, and we had to pay all the repairs. The repairs cost us a lot of our money, Jimmy remembers.

George Braithwaite (= Braight), a I'm with the band girl, a groupie and trumpet player Sal Amico (Paris August 1957) ( photo courtesy: Jimmy Wormworth)
The American Jazz Quintet was invited to Paris by the US drummer Al Levitt. Jimmy had met him in Scheveningen at the Pia Beck Flying Dutchman club the previous year, where he accompanied Pia Beck together with
the Canadian bass player Lloyd Thompson. (He) got me some work for August in Paris at the club which eventually became famous, the name of which was Le Chat qui Pêche. In Paris Jimmy needed a double bass player and invited the French bass player Michel Gaudry to complete his band. Michel Gaudry, born in September 1928 in Eu (France), had studied the double bass at the Lausanne Conservatory in Switzerland and had returned to Paris in 1957 to become a sought after accompanist for musicians like Art Simmons, Billy Holiday and Carmen McRae who visited Paris in 1957. Michel Gaudry, who must be in his 80s now, has always been active in jazz and performed and recorded with dozens of well known jazz musicians from Bud Powell, Stephane Grappelli, Sonny Criss, Barney Kessel up to Sam Woodyard and Lionel Hampton ( to list some).
Billie Holiday while in France (November1958) with Mal Waldron (piano), unknown bass player and Michel Gaudry on bass ( source: songbook1.wordpress.com)

Jimmy remembers that they met Lucky Thompson, the US saxophone player, who had recorded as a leader on a dozen albums in Paris in 1956 and, back in the States, returned to France in the summer of 1957 to stay there up to 1962. In the summer of 1957 Lucky Thompson can be find in the recording studios with Martial Solal and Sammy Price and, in September 1957 with US drummer Kenny Clarke. In the intervening periods Lucky Thompson and his men must have played in the Paris club St. Germain where they heard him playing, together with the Dutch piano player Nico Bunink, who had replaced Martial Solal in Lucky Thompson's regular quartet.
Another Parisian snapshot: Jean Plaisir and Roland Ashby (photo courtesy: Jimmy Wormworth).
Jimmy don't remembers the bass player who was in the Lucky Thompson Quartet. It was not Pierre Michelot, I think that the bassist was another guy named Pierre; Pierre Fol, maybe? I really cannot remember. Jimmy has sweet memories to Kenny Clarke who played the drums: Klook was the drummer; it was his gig and he was there. He was not on holiday! I think Al said that Barney (Kenny Clarke used to play with Barney Wilen) was on summer holiday, like so many people in Paris in the summer. But, I’m not very sure of that. Jimmy sighs: So many of those people have died! I know that one night, after we sat in with Lucky (Thompson) and Nico (Bunink), we played "I Remember April". After we got off the bandstand, Klook ( = nickname for Kenny Clarke) said to come over to him and he was laughin and he gave me a kiss on the cheek, because he liked how I played that!! He said something to me, like, "Yeahhh, kid, you were playing great!!" I will remember that, for the rest of my life! Kenny Clarke told me that I was "playing great"!! (to be continued)
Thanks Jimmy and Faith for your kind support.
Tomorrow: Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)-part two
Hans Koert
keepswinging@live.nl

Jimmy Wormworth had met Al Levitt, the New York drummer, in the summer of 1956 while playing at the Pia Beck Flying Dutchman in Scheveningen, the beach resort of The Hague and when Jimmy returned to Holland the next year he was invited to play with his group in Le Chat Qui Pêche Club in Paris, August 1957. Jimmy Wormworth, now in his 70s, remembers the inspiring Paris jazzscene of 1957. Tomorrow part two of his Parisian gig with his recalls to Dutch piano player Nico Bunink. The Keep Swinging blog loves to share with you Jimmy Wormworth's recollections about his first trip to Europe in 1956 and 1957, when he played in Holland and France. If you don't want to miss any contribution, follow this subject at Twitter (#keepswinging) or ask for the free Keep Swinging newsletter ( keepswinging@live.nl)


Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Friends of the Keep Swinging blog Keep Swinging Contributions


(English links) Jimmy Wormworth: The 1956 Student Cruise Program stay in Holland - Jimmy Wormworth: The 1957 American Jazz Quintet in Holland - Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)- part one Jimmy Wormworth: The American Jazz Quintet in Paris (1957)-part two The American Jazz Sextet: The 1957 J. J. Johnson concert
Nederlandse link: Jimmy Wormworth: Het Studenten Cruiseprogramma en zijn verblijf in Nederland (1956) - Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Nederland (1957) - Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 1 Jimmy Wormworth: Het American Jazz Quintet in Parijs (1957)- deel 2 Het American Jazz Sextet opent J.J.Johnson concert.


Labels: , , , , , , , , , , ,