Friday, September 25, 2009

Jean Robert: De start van zijn muzikale carriere

Jean Robert: The start of his musical career. (English) Jean Robert: De start van zijn muzikale carriere (Nederlands) Jean Robert: The European Hawkins ( English) Jean Robert: De Europese Hawkins ( Nederlands) Jean Robert: The Belgian Le Boeuf Sur Le Toit (English)Jean Robert – De Belgische Boeuf Sur Le Toit (Nederlands)

Het plakboek van Jean Robert.
JEAN ROBERT: DE START VAN ZIJN MUZIKALE CARRIERE
Hans Koert


Jean Robert behoort, ongetwijfeld, tot de belangrijkste saxofonisten van België, al zoek je zijn naam tevergeefs in de grote standaard werken als The World of Swing van Stanley Dance, The Big Bands van George T. Simon of The Swing Era van Gunther Schuller. Gelukkig besteedt The New Grove Dictionary of Jazz , samengesteld door Barry Kernfeld aandacht aan deze nu vergeten saxofonist. Logisch, want de schrijver van het item over Jean Roberts is niemand minder dan de grote Belgische discograaf en jazzhistoricus Robert Pernet. Bevooroordeeld of kennis van zaken? Feit is, in ieder geval, dat Coleman Hawkins in eigen persoon Jean Robert "the best tenor saxophone improvisator in Europe" (= de beste improvisator op tenorsax van Europa) genoemd heeft – wie dan nog twijfelt?
Dankzij twee kleinkinderen van Jean Robert, Michelle en Bas, mocht ik enkele foto’s uit zijn plakboeken gebruiken voor mijn blog. Sommige personen op de foto’s waren gemakkelijk te identificeren – bij andere lag dat moeilijker. Vandaar ook dat een aantal foto’s, identificatie behoeft – mocht je de spelers herkennen,
meld het me. Vandaag een eerste bijdrage van drie over zijn lange carrière, getiteld: Jean Robert: De start van zijn muzikale carriere.

Jean Robert op een Jazz Wereld tekening ( foto Jean Robert archief)

Jean Robert werd in juni 1908 geboren in Brussel en ging, na een afgebroken studie, als 19-jarige spelen bij het orkest Pierre Pacquet, beter bekend onder zijn artiestennaam Peter Packay. Hij begon op piano, zijn hoofdinstrument in die dagen, maar stapte al snel over op de tenorsax. Zijn eerste opnamen waren in London voor het Edison Bell Winners label met de Red Robins, een band, geleid door Peter Packay. Luister naar het nummer Desperado Shuffle, dat hij in juni-juli 1928 opnam als lid van The Red Robins. In dit orkest: Peter Packay trompet en leider, Paul D’Hondt trompet, Almeida de Pereira trombone, Philippe Maniet altsax en klarinet, Richard Dutoin altsax, bassax en klarinet, Jean Robert tenor en hawaii-gitaar ( helaas in dit nummer niet op de hawaiigitaar), Armand Courtois piano, Van Est, sousafoon en Louis Gourmet slagwerk.

Zijn eerste opnamen in België waren met de Chas. Remue’s Big Band in september 1929, waarin hij, behalve op de tenorsax, ook op bassax en klarinet te horen is.

Gus Deloof ( foto Jean Robert archief)

In diezelfde periode is Jean Robert ook te vinden bij het orkest van Gus Deloof, een Belgische trompettist, die bij Bernard Ette, een Duitse bandleider was begonnen. In 1931 speelt Jean mee op twee Pathé-opnamen van dit orkest en wordt hij gevraagd te spelen in het orkest van Albert Sykes, dat vaak in de zomermaanden langs de Belgische kust te vinden is. In 1932 leidde Jean Robert, afgaand op een melding in Music Magazine van december 1932, een eigen band, The Atlanta Band, met Jean Omer, Pierre Parent, Jean Damm, John Ouwerx, Chas. Dolne, Pol Serluppens en Gustave Douffet. Tijdens de jaren dertig ontwikkelde hij zich tot een gewild begeleider en trad op met de grote Belgische swingbands. Wat me opvalt is dat zijn saxofoonspel in de jaren dertig, zij het verstopt in big bands, maar zelden vastgelegd is op plaat. Hij speelde ook vaak in Nederland, zoals bij het orkest van Henk Bruyns, die eerder trompettist was bij Melle Weersma en bij de Cracker Jacks van
Freddie Bierman.
Robert De Kers ( foto Jean Robert archief)

Jean Robert speelde twee jaar bij Robert de Kers, die, begin jaren dertig, Oscar Alemán leerde kennen in de band van Harry Fleming en hem later, na het uiteenvallen van het Harry Fleming orkest in Spanje, bij Josephine Baker introduceerde. Oscar Alemán zou zich, als musical director van de Baker Boys, tot een legendarisch gitarist ontwikkelen, waarover al vaker in deze blog en in zijn eigen Oscar Aleman blog geschreven is. Het orkest van Robert De Kers. Zittend vooraan: Robert De Kers en Jean Robert is te vinden als derde van rechts. Wie zijn de andere leden van de band? (foto Jean Robert archief)

Het orkest van Robert de Kers behoorde bij de beste bands van dat moment. In 1937 speelt deze band o.a. in Pschorr in Rotterdam – mogelijk is Jean Robert daarbij aanwezig geweest. In 1938 ging Jean Robert met een eigen band voor een aantal optredens naar o.a. Zwitserland en speelde in de Cotton Club in Brussel, zeg maar de voorloper van Le Boeuf Sur Le Toit, een cabaret naar Frans voorbeeld opgericht en gerund door Jean Omer. Over zijn periode in de Le Boeuf Sur Le Toit kom ik in een latere bijdrage uitgebreid terug. Het orkest van Robert De Kers. Robert zit voor de foto achter het toetsenbord, hoewel hij eigenlijk trompettist was. Jean Robert vinden we als vierde in de rij achter de vleugel. Wie is die, in stemmig zwart geklede dame? ( foto Jean Robert archief)

In de Cotton Club trad Jean Robert o.a. op met Freddy Johnson, de Amerikaanse pianist, die in 1934 naar Nederland was gekomen met The Harmelites en hier was blijven hangen. Freddy Johnson trad o.a. op met Harry Pohl, de Ramblers, Benny Carter en Coleman Hawkins.

Hans Koert

keepswinging@live.nl

Ik wil graag Michelle en Bas bedanken voor het beschikbaar stellen van de foto's uit het plakboek van hun opa. Op sommige foto's staan collega's van hun opa, die we niet kennen en waarvan we graag meer zouden wilen weten. Hieronder zo'n "mystery-foto" uit het Jean Robert archief. Charles Boogaert ( foto Jean Robert archief)

Wie was bijvoorbeeld Charles Boogaert? Is dit dezelfde persoon als Gaston Bogaert, de slagwerker, waarmee Jean Robert o.a. bij Jean Omer speelde? keepswinging@live.nl


Eén van de beste CD uitgaven met een overzicht van de Jazz geschiedenis van België is ongetwijfeld de dubbel-cd Jazz in little Belgium ( The collection Robert Pernet). De doos bevat 2 cd's met bijna 50 nummers en een uitgebreid informatief boekje. Er is een Vlaamse en een Franse uitvoering. A must-have of-te-hoewel in goed Zeeuws een Mokôkè!!

Je vindt op deze uitgave, m.b.t. deze periode, het nummer:

GUS DELOOF and his RACKETEERS
March Of The Hoodlums - 42173
Opgenomen in Brussels (België) op 24 maart 1931
Gus Deloof leider en cornet - Lucien Devroye trompet - Jos Breyre trombone - Jean Omer klarinet en altsax - Arthur Saguet tenorsax en klarinet - Jean Robert bas- en tenorsax - John Ouwerx piano - Reggie Denys gitaar - Arthur Peeters bass en Jos Aerts slagwerk.


Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Keep Swinging News Letter Keep Swinging Contributions

Labels: , , , , ,

Thursday, September 24, 2009

Jean Robert: The start of his musical career

Jean Robert: The start of his musical career. (English) Jean Robert: De start van zijn muzikale carriere (Nederlands) Jean Robert: The European Hawkins ( English) Jean Robert: De Europese Hawkins ( Nederlands) Jean Robert: The Belgian Le Boeuf Sur Le Toit (English)Jean Robert – De Belgische Boeuf Sur Le Toit (Nederlands)

The Jean Robert Archive.
JEAN ROBERT: THE START OF HIS MUSICAL CAREER
Hans Koert

One of the most important saxophone players of Belgium must have been Jean Robert. Although he played in numerous bands and recording sessions and with a more then 40 years career in music, he seems now complete forgotten by the younger generation. What a shame! You won’t find his name listed in great handbooks like The World of Swing by Stanley Dance, The Big Bands by George T. Simon or The Swing Era written by Gunther Schuller. The New Grove Dictionary of Jazz is an exception, as it has a small entry written by
Robert Pernet, the Belgian Jazz historian and discographer pre-eminently. Well, prejudiced or not, fact is that Coleman Hawkins in person, labelled Jean Robert as one of the best tenor saxophone improvisators in Europe, so ……….
Thanks to his grandchildren Michelle and Bas I can share with you some photos from Jean Robert’s own personal scrap books in some contributions to follow. Some people on the photo’s were easily to identify; others not – that’s why we ask for your help identifying the musicians on the pictures. Today the first contribution about Jean Robert titled: Jean Robert: The start of his musical career. More contributions later. Jean Robert on a Jazz Wereld drawing ( photo courtesy Jean Robert archive)

He was born in Brussels (Belgium) June 1908 and became a professional musician in 1927 in the orchestra of Pierre Pacquet, better known as Peter Packay. He started to play the piano, his main instrument in those days, but changed to the tenor saxophone soon. His first recordings were in London for Edison Bell Winners with the Red Robins, a band directed by Peter Packay. Listen to a tune, titled Desperado Shuffle, which he recorded June-July 1928 as a member of the The Red Robins. The personel of this band is: Peter Packay trumpet and director, Paul D’Hondt trumpet, Almeida De Pereira trombone, Philippe Maniet alto saxophone and clarinet, Richard Dutoin alto, bass saxophone and clarinet, Jean Robert tenor saxophone and hawaiian-guitar (sorry, not on this tune), Armand Courtois piano, Van Est, sousaphone and Louis Gourmet drums.

His first recordings in Belgium were with the Chas. Remue Big Band (September 1929), in which he played, except the tenor saxophone, also the bass saxophone and clarinet.

Gus Deloof ( photo courtesy Jean Robert archive)

During the 1930s he developed into a sought after musician and he played in the great Belgium swing bands, like the band of Gus Deloof, a Belgian musician, who started in the band of the German bandleader Bernard Ette. In 1931 Jean is to be found on two Pathé-recordings with this band of Gus Deloof and he is asked to become a member of the Albert Sykes Orchestra, that has a gig during the summer months in some Belgian clubs along the North Sea coast. In 1932 he had his own orchestra, The Atlanta Band, with Jean Omer, Pierre Parent, Jean Damm, John Ouwerx, Chas. Dolne, Pol Serluppens and Gustave Douffet. It is remarkable to learn, that he was only present on a few recording sessions and his saxophone playing is only to be heard on a few records of this period. He often played in The Netherlands too, like in the orchestra of Henk Bruyns, the former trumpet player in Melle Weersma’s band and in the Freddie Bierman Cracker Jacks.
Robert De Kers ( photo courtesy Jean Robert archive)

Jean Robert was a regular member of the Robert De Kers Orchestra , early 1930s. Robert De Kers played with Oscar Alemán in the Harry Fleming band and when that band broke, he introduced Oscar Alemán to Josephine Baker, who needed a guitar player. Oscar Alemán should develop into a legendary guitar player and leader of The Baker Boys.

The Robert De Kers Orchestra. Sitting in front: Robert De Kers and Jean Robert is third from the right. Who are the other members? (Photo courtesy: Jean Robert archive)

The band of Robert De Kers belonged to the best bands of that period. In 1937 the band played at a gig in the Rotterdam Pschorr Jazz club – it is possible that Jean Robert was one of the members of the band. In 1938 Jean Robert founded his own band at toured to Switzerland and performed at the Cotton Club in Brussels, the fore runner of Le Boeuf Sur Le Toit, a cabaret, founded by Jean Omer for which its Parisian namesake served as an example. Robert De Kers Orchestra. Robert is behind the keys and Jean Robert is the 4th one standing behind the grand piano. Who's that lady in the middle? ( Photo courstesy Jean Robert archive)

One of the guests to play in the Cotton Club was piano player Freddy Johnson, who brought in his trio. Freddy Johnson had entered The Netherlands in 1934 with his Harmelites and he had hanged around in Holland, playing with bands like Harry Pohl’s, The Ramblers Dance Orchestra, Benny Carter and Coleman Hawkins. In the next contribution: Jean Robert: The European Hawkins, I hope to tell you more about that.

Hans Koert

keepswinging@live.nl

Love to thank Michelle and Bas for sharing photo's from their grandfather's archive - photo's which need some identification. Please contact us if you can identify musicians and bands.

Charles Boogaert ( photo courtesy Jean Robert archive)

Who was this Charles Boogaert? Is this, maybe, Gaston Bogaert, the drummer, Jean Roberts played with in the Jean Omer bands? More info requested.

One of the best record releases that contains a survey of Belgian jazz is the 2CD Jazz in little Belgium ( The collection Robert Pernet). It contains almost 50 tracks with the complete Belgian jazz history and an extensive illustrated and informative booklet. ( No English, sorry – only a French and a Flemish version exists). A must-have !!

According this contribution, the album contains:

GUS DELOOF and his RACKETEERS
March Of The Hoodlums - 42173
Recorded in Brussels (Belgium) on the 24th of March 1931
Gus Deloof director and cornet player - Lucien Devroye trumpet - Jos Breyre trombone - Jean Omer clarinet and alto sax - Arthur Saguet tenor sax and clarinet - Jean Robert bass sax and tenor sax - John Ouwerx piano - Reggie Denys guitar - Arthur Peeters bass and Jos Aerts drums


Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Keep Swinging News Letter Keep Swinging Contributions

Labels: , , , , ,

Thursday, September 17, 2009

Heated Spots, Acoustic Jazz Guitar Duets

Only a handful of acoustic jazz guitar duets was recorded prior to WW II. The first significant jazz guitar duets on record were played by Lonnie Johnson and Eddie Lang late 1920s, mostly blues and blues-oriented originals with Johnson picking out melodies backed by Lang's robust chording, although Lang also contributed a brief solo turn occasionally. A couple of years later Lang recorded two original duets with guitarist Carl Kress ('Pickin' My Way' and 'Feelin' My way', Guitar Mania pt. 1 & 2), these duets were more complex than the Johnson-Lang collaboration, consisting of various strains in different keys. Both players have solo space, though Lang has most of the singlestring leads.


After Lang's untimely passing away in 1933 a new dimension in jazz guitar duets was introduced in 1934 with the release of Carl Kress and Dick McDonough's recording of 'Stage Fright' and 'Danzon', two original masterpieces. You may listen to the original recording of 'Stage Fright' in the inserted video below



Carl Kress and Dick McDonough later recorded 'Chicken a la Swing' and 'Heat Wave' for Brunswick in 1937, two more masterpieces of acoustic jazz guitar duets, and in 1941 Carl Kress teamed with fellow guitarist Tony Mottola to record a handful of transcription records to be used during intermission of radio programs. From then on the acoustic jazz guitar duets have been rare moments in recorded jazz, a diehard follower of the tradition, Marty Grosz, puts it this way: "By the end of World War II, as the promise of unfettered volume was seducing jazz guitarists, the sound of strings resounding on a guitar's spruce top was replaced by the stentorian tone produced by vacuum tubes housed in a trunk-sized box called an amplifier." And he adds his point of view: "Amplified guitars engender the same sort of dismay in acoustic players that electric keyboards arouse in classical pianists. The phrase, "where do I plug in?" is anathema to both groups. Is there a way to check the proliferation of artificially boosted music? Probably not, short of providing a link between amplification and terminal scrofula" (quoted from slevenotes with the cd shown below).

Marty Grosz (b.1930) is one of a handful of devoted followers of the original acoustic jazz guitar duo tradition, initially inspired by the works of Lang, Kress, McDonough a.o. and like them originally a banjoist playing tenor banjo. The transition from banjo to guitar in jazz context is a crucial chapter of the jazz guitar history seldom discussed, but one of the aspects is that some of the pioneer jazz guitar players (i.e. Carl Kress) tuned the guitar in a way like the tenor banjo at the upper four strings while the two lower strings were tuned particularily lower than normal pitch to gain a fuller sound and to support the performer in transisting from banjo fretwork fingering to guitar. This procedure also helped evolving a new way of playing the guitar using a plectrum to play complex chordal melody lines instead of singlestring leads as evolved by Eddie Lang. Combining the two ways of playing the instrument in a guitar duo you have the initial set-up of the classic acoustic jazz guitar duet as demonstrated in the video above.
Marty Grosz has earlier recorded a couple of LP albums featuring acoustic jazz guitar duets, late 1970s Grosz and fellow guitarist Wayne Wright made two albums for the small Aviva label, unfortunately never re-issued on cd. Luckily, last year a compilation of acoustic jazz guitar duets featuring Marty Grosz and Mike Peters, 'Acoustic Heat' recorded 1998-2005 was released by Sackville (CD 2-2071) containing 20 tracks of music that pays its due to the tradition featuring six titles credited to jazz guitar pioneer Carl Kress and a series of compositions by equally important early jazz and swing guitarists Eddie Lang, Dick McDonough, Carmen Mastren, and Tony Mottola. A couple of tracks has guest performance by either clarinetist Ken Peplowski playing duet with Grosz, or pianist David Boeddinghaus in duet with Peters. The remaining tracks have Grosz usually providing rhythm and chordal solo work while Peters provides the excellent singlestring leads, however, both also have a solo performance each. The repertoire of the disc sticks to classic jazz, tracklist and audio clips available by clicking picture of cd-cover above. - If you are interested in the classic acoustic jazz guitar duet formula, this cd is highly recommended. As stated in a review at AMG: "This is great music for freeway driving, weekend gardening, or immoderate consumption of food and drink among trusted friends." However, in the sleve notes Marty Grosz also gives a warning: " Do not listen to more than four tracks at one time. Overexposure to guitar duets can result in a condition known as "Plunkitis" for which no known cure exists"!

To end this I found an example of an impromptu rehearsal of "Stage Fright" as performed by Marty Grosz and fellow brother-in-arms of the acoustic jazz guitar duet formula, Bucky Pizzarelli, recorded at an informal meeting in noisy surroundings at a hospital's lounge - hope you to enjoy, anyway.

Jo

Tuesday, September 08, 2009

Svend Asmussen: Makin' Whoopee ... and Music

Svend Asmussen: Muziek met plezier (Nederlands) Svend Asmussen: Makin' Whoopee .. and Music ( English)

93-year old: Still goin' Svend !
SVEND ASMUSSEN: MAKIN' WHOOPEE .... and MUSIC
Jørgen Larsen

The Danish phenomenal fiddler and entertainer, Svend Asmussen (b. 1916), has been a top swing violinist since the mid-'30s. He started playing violin when he was seven and, in 1933, made his professional debut in a quartet emulating his first inspiration in jazz, Joe Venuti's Blue Four. Asmussen made his first records as a leader in 1935 and has been consistently popular in his homeland ever since. He played with the Mills Brothers, Fats Waller, Josephine Baker and Oscar Alemán in the 1930s when they passed through Denmark, in the 50's Benny Goodman tried to persuade him to join his staff of musicians, but Asmussen declined the offer judging family affairs first priority. Later, in the 1960s, Asmussen recorded with John Lewis of the Modern Jazz Quartet (1962), Duke Ellington (1963) and Toots Thielemans, Lionel Hampton (1978), and on a few occasions with Stephane Grappelli, in addition to many dates with his own groups. Since the mid-1990s Asmussen has led, performed and recorded with his own quartet featuring topnotch Danish musicians.
As mentioned, Benny Goodman had an interest in persuading Asmussen to join his orchestra, probably because the two musicians had the same concept of and feeling for swing. The two men never made a record together, but they have performed together several times. Here's a fragment from a concert at Tivoli Gardens, Copenhagen 1981 featuring the two giants of swing in great interplay, enjoy their rendition of "After You've Gone"

According to the sleeve notes of the new cd by Svend Asmussen, Makin' Whoopee! ... And Music! (Arbors, ARCD 19390), Benny Goodman should have exclaimed: It's been a long time since I had this kind of fun after a gig similar to the shown above, and it's obvious that the two men enjoyed and inspired each other, I think. Svend Asmussen has only recorded a couple of times in the US prior to his latest cd, first time was in 1961 as part of a tour of the States with Danish guitarist, Ulrik Neumann (- their duo album, Danish Imports, is now available in the cd-format), second time was in 1983 at a session for Bob Thiele's Doctor Jazz label teaming Asmussen with pianist Derek Smith, guitarist Bucky Pizzarelli, bassist Milt Hinton and drummer Oliver Jackson on the album June Night. In 1986 Asmussen was featured on mandolinist David Grisman's great LP, Swingin' With Svend, but then there has been a gap until early 2009, when the new cd was recorded for Arbors Records January & February in Florida.
Svend and Ellen on the cover of their latest album.
On the new cd Asmussen is joined by Richard Drexler on piano, organ and bass, Tony Martin on drums and shakers and Danish guitarist, Jacob Fischer ( a mainstay with Asmussen's own quartet) and, on a single track, Tom Carabasi on drums instead of Martin. The quartet setting is a perfect choice to let Asmussen show that he still makes great music at an age when most people are either retired or no longer with us. The repertoire chosen for the session consists of standards of the great American songbook ("Makin Whoopee", "The Nearness of You", "Skylark", "You Brought A New Kind of Love", "There Will Never Be Another You" and "Things Ain't What They Used To Be") as well as Brazilian flavoured tunes like "Trubel" by Swedish troubadour-poet Olle Adolphson ,"Copacabana" and Asmussen's own "Fiddler In Rio" reflecting inspiration from choro and Jacob do Bandolim. A couple of evergreens like "Singing In The Rain" and "Just A Gigolo" are performed with excellent arrangements and so is the Django Reinhardt success "Nuages". A couple of tunes, "Danny Boy" and Asmussen's "Sermon for Stuff", are rooted in church music and get a soulful rendition. Richard Drexler is exposed in a solo piano version of his own "Banjo" and Jacob Fischer is spotlighted in his intricate and magnificent solo guitar version of "Gypsy". The material chosen for this cd shows a varied repertoire, all very well performed and a sheer pleasure to be listening to, highly recommended!
Liner notes to the cd are written by Ellen Bick Asmussen and she quotes her husband regarding the inspiration to continue playing: When I play, I'm like a child with wondrous toys, it's like ice-skating or skiing when I was ten. This experience of freedom and joy matches perfectly the music recorded on the cd, also captured in the chosen title "Makin' Whoopee ... And Music", I think. Ellen Bick Asmussen emphasizes the meaning of "whoopee" as "expressing exuberant joy, rejoicing noisily" especially for the fact that Svend Asmussen is still going strong. And she adds: Perhaps we should create a new idiomatic expression: "Still going Svend!".
To end this small review, I found another film fragment featuring Asmussen, this is from 2007 and has Asmussen teamed with young violonist Jonathan Russell - enjoy!

Jørgen Larsen

Labels: , ,

Monday, September 07, 2009

Svend Asmussen: Muziek met plezier

Svend Asmussen: Muziek met plezier (Nederlands) Svend Asmussen: Makin' Whoopee .. and Music ( English)


93-jarige schittert op zijn laatste album: Makin' Whoopee .... and Music.
SVEND ASMUSSEN: MUZIEK MET PLEZIER
Jørgen Larsen
(vertaling: Hans Koert)

De fenomenale Deense muzikant en entertainer, Svend Asmussen (geboren in 1916), is één van de beste violisten sinds de jaren dertig. Hij begon viool te spelen op zijn zevende en in 1933 maakte hij zijn debuut in een kwartet, geinspireeerd door Joe Venuti's Blue Four. Asmussen maakte zijn eerste plaat als leider in 1935 en is sinds die tijd mateloos populair in zijn geboorteland Denemarken. Hij speelde met de Mills Brothers, met Fats Waller, Josephine Baker en Oscar Alemán toen die in de jaren dertig Denemarken aandeden. In de jaren vijftig probeerde Benny Goodman hem bij zijn orkest in te lijven. maar Svend hing teveel aan zijn gezin, dat hij belangrijker vond. In de jaren zestig nam hij platen op met John Lewis van het Modern Jazz Quartet (1962); met Duke Ellington (1963) en Toots Thielemans; met Lionel Hampton (1978), en een paar keer met Stephane Grappelli samen met zijn eigen band. De laatste twee decennia treedt hij vaak op en maakt platen met zijn eigen kwartet, dat bestaat uit vooraanstaand Deense muzikanten.
Zoals gezegd, Benny Goodman wilde Svend Asmussen graag in zijn orkest hebben, waarschijnlijk omdat ze beiden elkaar muzikaal prima aanvoelden. Vreemd genoeg hebben ze regelmatig samen op het podium gestaan, maar nooit samen platen opgenomen. Hier een fragment van zo'n optreden in het Tivoli Gardens in Kopenhagen uit 1981, waarin de twee giants of swing in een brilliant samenspel het nummer After You've Gone vertolken.


Afgaand op de informatie op de nieuwe plaat van Svend Asmussen, getiteld Makin' Whoopee ... And Music!" (Arbors, ARCD 19390), schijnt Benny Goodman eens uitgeroepen te hebben na zo'n optreden met Svend: It's been a long time since I had this kind of fun ( = Het is lang geleden dat ik zo genoten heb). Het moge duidelijk zijn dat de twee mannen elkaar stimuleerden met hun spel.
Svend Asmussen heeft maar een paar keer in Amerika platen opgenomen voorafgaand aan deze laatste CD. De eerste keer was dat in 1961 tijdens een tournee door de VS met de Deense gitarist Ulrik Neumann (hun duo-plaat Danish Imports is nu ook op Cd verschenen); de tweede keer was in 1983 in een opnamesessie voor Bob Thiele's Doctor Jazz label, waarbij Asmussen speelde met pianist Derek Smith, gitarist Bucky Pizzarelli, bassist Milt Hinton en slagwerker Oliver Jackson ( June Night). In 1986 speelde hij samen mandolinespeler David Grisman op diens fantastische LP, Swingin' With Svend. Sinds die laatste opname tot aan het voorjaar van 2009 had Svend geen platen meer in Amerika opgenomen; in januari en februari 2009 stond hij voor de microfoons van Arbors Records in Florida.


Svend en Ellen op de hoes van hun nieuwste plaat.
Op zijn laatste plaat wordt Asmussen begeleid door Richard Drexler op piano, orgel en bas, Tony Martin op slagwerk en shakers en de Deense gitarist Jacob Fischer (afkomstig uit Svend's eigen kwartet). Op één nummer zit Tom Carabasi achter het drumstel in plaats van Tony Martin. Een kwartet is een uitstekende omgeving voor Svend, waarin hij kan laten horen dat hij nog schitterende muziek kan maken, ondanks dat hij een leeftijd heeft bereikt, waarop de meesten zich al lang achter de geraniums teruggetrokken hebben of overleden zijn. Het gekozen repertoire bevat voornamelijk standards uit het zgn. Great American Songbook (Makin Whoopee, The Nearness of You, Skylark, You Brought A New Kind of Love, There Will Never Be Another You en Things Ain't What They Used To Be), maar ook Braziliaans getinte nummers als Trubel van de Zweedse zanger-dichter Olle Adolphson , het nummer Copacabana en Asmussen's eigen Fiddler In Rio, waarin je hoort dat Svend geinspireerd werd door Jacob do Bandolim en de Choromuziek. Een paar evergreens, zoals Singing In The Rain en Just A Gigolo worden uitgevoerd met schitterende arrangementen, net als Django Reinhardt's succesnummer Nuages. Een paar nummers vinden hun oorsprong in de gospelmuziek, zoals Danny Boy en Svend's Sermon for Stuff. Richard Drexler is solo te horen in zijn Banjo en Jacob Fischer staat in de schijnwerper in een intrigerende solo uitvoering van Gypsy. Waarom is deze Jacob Fischer zo zelden in ons land te horen? De nummers op deze plaat zijn stuk voor stuk juweeltjes en een genot om te beluisteren - een plaat die thuis hoort in elke jazzverzameling.
Ellen Bick Asmussen citeerde haar echtgenoot op de Cd-hoes: When I play, I'm like a child with wondrous toys, it's like ice-skating or skiing when I was ten ( = Als ik speel voel ik me weer het kind, dat uitdagend speelgoed heeft gekregen, het voelt als schaatsen of skiën toen ik tien was). Dit citaat, een mix van vrijheid en plezier, past precies bij de muziek op deze plaat, verwoord in de titel Makin' Whoopee ... And Music. Ellen Bick Asmussen omschrijft het woord Whoopee als een gevoel van luidruchtig buitensporig plezier, iets wat precies past bij de nog zeer actieve en levenslustige Svend. Perhaps we should create a new idiomatic expression: "Still going Svend!". (= Misschien moeten we een nieuwe uitdrukking lanceren: "Still going Svend"). Tenslotte nog een filmfragment uit 2007 waarin Svend te zien en te horen is met de jonge violist Jonathan Russell - enjoy!

Jørgen Larsen
(vertaling: Hans Koert)

Labels: , ,

Thursday, September 03, 2009

Max Woiski: Echte koffie - Nescafé

Max Woiski's Nescafé Coffeeboatsong ( English) Max Woiski - Echte koffie - Nescafé ( Nederlands)

De muzikale verleiding
MAX WOISKI: ECHTE KOFFIE - NESCAFÉ
Hans Koert


Max Woiski in de Top 40? Zeker. In 1950 lukte hem dat één keer met het nummer B.B. met R.. Maar ik bedoel nu. - Zeker wel, die kans is groot - in de Top-40 van Nederlandse reclameliedjes, wel te verstaan. Aan mij zal het niet liggen, want ik heb op de Nescafé Coffee Boat Song gestemd op de online publieksverkiezing voor de Nederlandse reclameliedjes Top 40


Onder warme tropenzon

– Is waar NESCAFÉ begon


– Bomen geven rijpe vrucht

– Met hand geplukt en gedroogd met lucht.

Van tropenland over grote zee


– Beste koffie neemt bootje mee

– Bootje, busje, hup 1, 2

– Echte koffie …. NESCAFÉ


Nescafé Coffeeboatsong - Max Woiski ( 1957)

Max Woiski werd geboren in Domburg in Suriname in februari 1911. Suriname was toen nog een kolonie van Nederland. Hij kwam naar Nederland in 1936 en werd een gezocht muzikant in het populaire genre m.n. het Cubaanse repertoire. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij de uitbater van het La Cubana café in Amsterdam, dat eerst aan de Amstelkade gevestigd was; later aan de Leidsestraat. Daar trad hij op als José Barretto, samen met zijn vrouw Alma Woiski-Braaf als Lolita Mojica.

Deel van de achterkant van de kartonnen reclameplaat.

Hoewel afkomstig uit Suriname, dachten de meesten, dat hij, omdat hij Cubaanse muziek bracht en een vrij lichte huid had, dat hij uit Cuba kwam. Hierdoor kon hij in de oorlog als "blanke" muzikant blijven spelen. Andere muzikanten uit Suriname uit die tijd waren klarinettist en altsaxofonist Arthur Parisius, alias Kid Dynamite en tapdanser – trompettist Theodorus Gustaaf Kantoor, alias Teddy Cotton.

Waarschijnlijk Steve Boston op slagwerk.


Grote balen, dan verpakt!

– In diepe ruim van boot gezakt

– Lange reis over hoge zee

– Op weg naar land van NESCAFÉ.

Na de oorlog nam hij een nummer op met zijn La Cubana Orkest dat een grote hit werd: B.B. met R. ( of Bruine Bonen met Rijst). In de jaren vijftig begon hij Surinaamse muziek te spelen, mede dankzij het toegenomen aantal immigranten vanuit dat land. In 1956 was zijn orkest te zien in de eerste Nederlandse kleurenfilm Jenny. In 1957 speelde zijn band in een reclamefilm voor Nescafé, getiteld Nescafé Coffeeboatsong, dat op het filmfestival van Cannes gepresenteerd werd en een jaar later, in 1958, tijdens de Filmdag in Amsterdam. De Nescafé Coffeeboatsong (sic) werd uitgebracht door Phonopress, Heemstede als een kartonnen fotoplaat, met het nummer geperst in de plastic toplaag. Op de kaart een “Caraibisch” dorpsplein met een Latin band, hoogstwaarschijnlijk zijn eigen La Cubana Orkest. Het zou me niks verbazen als zou blijken dat de foto genomen was op de set van de Nescafe film, aangezien ik op het internet nog een tweede reclameplaat voor Nescafé vond, ook door Max Woiski gemaakt, voor de Duitse markt: Calypso Nescafe. De foto is gemaakt op dezelfde locatie.

Johnny de Miranda op de conga

Nu weer balen uitgepakt!

– Zuivere koffie wordt extract

– Droge poeder in bus gedaan

- Daar ziet u NESCAFÉ op staan.

Op het Nederlandse Nescafé Coffeeboatsongplaatje vind je Max Woiski sr. in het midden op fluit en waarschijnlijk Steve Boston op percussie en Johnny de Miranda op conga. Johnny de Miranda vierde onlangs zijn 84ste verjaardag. De bassist is me onbekend. Op de Duitse plaat staat Max Woiski sr., weer, maar nu met een gitaar en Johnny heeft de rumbaballen in handen. En zou de fluitist hier niet Max Mackintosh ( = Max Woiski jr.) kunnen zijn?


In de jaren zestig verhuisde Max Woiski sr. naar Spanje om daar een nachtclub te beginnen, toevallig ook La Cubana geheten, in Mallorca. Na een aantal succesvolle jaren moet hij hiermee stoppen en trekt hij zich terug in Porto de Andriatx. In januari 1981 overlijdt hij in Hoogeveen.
Zijn zoon Max Mackintosh ( alias Max Woiski jr.) en kleindochter Lils Mackintosh zijn beiden eveneens in de muziek terecht gekomen.
De Duitse Max Woiski advertentieplaat voor Nescafé:Calypso Nescafé.

Busjes gaan naar winkelier

– Die verkoopt met groot plezier

– Aan mama, aan broertje, aan kleine zus

– Die grote, normale of kleine bus.

In 1961 brengt Sonopresse, een firma uit Rotterdam, de eerste dunne flexibele reclameplaatjes uit, die gestuurd konden worden per post, om producten te promoten. Ik herinner me nog deze dunne wegwerpplaatjes, zoals de “gratis luisterproeven” van Reader’s Digest uit de jaren zestig en zeventig – mijn eerste kennismakling met het fenomeen grammofoonplaat en beschreven in een eerdere blog, getiteld Klankdrukken. Deze flexibele plaatjes zijn jarenlang genegeerd door de serieuze platenverzamelaars, maar dat is nu afgelopen. Dankzij Dolf Hell en Frits Jonker is een selectie van deze wegwerpsingeltjes; nu beschreven en wordt uitgebracht in een boek getiteld De muzikale verleiding, met als ondertitel Nederlandse reclame op 45 toeren en zal over een paar weken uitgebracht worden. Het boek zal twee Cd’s bevatten met daarin hun Top 40 van de Nederlandse reclameliedjes - een aanstekelijke mix van naoorlogse muziek.
Max Woiski op de gitaar ( op de Duitse Nescafé plaat).

Echte koffie steeds vers in huis

– Is NESCAFÉ zo handig thuis

– Waar U bent, altijd één, twee, klaar

– ’t Is echte koffie, ja proeft U maar!


Op deze pagina kun je je eigen Top 3 samenstellen van favoriete reclame plaatjes en kans maken op een gratis exemplaar van het boek. Je kunt stemmen tot 16 september 2009.
Johnny De Miranda met de sambaballen; waarschijnlijk Max Woiski jr. op fluit en Max Woiski sr. op de gitaar. (Duitse Nescafé plaat)
Het zal je niet verrassen dat in mijn Top 3 de Nescafe Coffeeboatsong zit, gezongen door Max Woiski sr. En, als je mijn eerdere bijdrage over deze Klankdrukken hebt gelezen, dan begrijp je Het Lelijke Eendje er ook bij zit. Helaas was Everybody Likes Milk en de Milk Shake Twist, gezongen door Donald Jones ( bekend van het bubbelbad in de Brosreclame, weet je nog?) voor de M-Brigade, de voorloper van de Joris Driepinter campagne, stond er niet bij. Jammer! Dan maar een andere plaat ……….. Wordt het …. Corrie Brokken en de BP Super Mix Song of toch maar het Solexlied van Max van Praag of het Goederenlied van Drs. P., onlangs 90 jaar geworden? Nee, het wordt Ay, ay, ay die Caballero door het Leedy Trio – die zongen we vroeger altijd mee ....… Tjonge jonge – het valt niet mee …..

Dus huisvrouw, als U verstandig bent

– Neem NESCAFE ’t Is vanouds bekend

– Dit merk geeft immers garantie mee

– Echte koffie ….. NESCAFÉ


Ik kijk uit naar het boek De muzikale verleiding – Nederlandse reclame op 45 toeren, geschreven door Dolf Hell en Frits Jonker en uitgebracht door Nijgh & Van Ditmar. ( ISBN 978 90 388 9286 3 )

Bedankt Jerry voor je hulp bij het vinden van de juiste informatie en Rinus Blijleven voor het gebruik van je discografie. De foto's van het oude kruidenierswinkeltje zijn van Het Wienkeltje van Wullempje in Hoedekenskerke (Zeeland)

Hans Koert
keepswinging@live.nl


Retrospect
Oscar Aleman Choro Music Flexible Records Hit of the Week-Durium Keep Swinging News Letter Keep Swinging Contributions




Labels: , , , , ,